Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En die kronen zullen wezen voor [33]Chelem, en voor Tobia, en voor Jedaja, en voor [34]Chen, den zoon van Zefanja, [35]tot een gedachtenis in den tempel des HEEREN. 33. Zie vs.10, Cheldai genoemd. 34. Zie vs.10, Josia genoemd. 35. De zin is: Nadat men deze kronen den hogepriester Jozua zal op het hoofd gezet hebben, gelijk in vs.11 bevolen wordt, en als die profetie zal verricht wezen, zo zullen die kronen hem afgenomen en in den tempel gelegd worden, den vier mannen, die het zilver en goud daartoe gegeven hebben, ter gedachtenis.